Vogelmelk schittert in het voorjaar en in de vroege zomer met trossen van witte bloemen met zes blaadjes. De planten vormen pollen en hebben smalle bladeren.

Ornithogalum umbellatum, de gewone vogelmelk, is het bekendst. Ze wordt 30 cm hoog en bloeit in april en mei. Typerend is de groene streep op de achterkant van de bloembladeren.

Ornithogalum nutans, knikkende vogelmelk, bloeit in april/mei met knikkende, klokjesvormige, groen met wit gestreepte bloemen op 25-40 cm hoge stengels.

Ornithogalum magnum, grote vogelmelk, wordt tot 80 cm hoog. De witte bloemen verschijnen in juni en juli. O. narbonense, O.pyrenaicum en O. pyramidale lijken er sterk op, maar blijven iets kleiner.

Ornithogalum balansae, de breedbladige vogelmelk, bloeit al vanaf maart met witte bloemen op 10-15 cm hoge stengels. De bladeren kunnen even hoog worden.

Soms worden ook de bollen van exotische soorten aangeboden, bijvoorbeeld O. thyrsoides (Kaapse vogelmelk of zuidwindlelie) en O. arabicum. Deze bollen moeten vorstvrij binnenshuis overwinteren.

Vogelmelk Eigenschappen

Bloeiperiode:

    Maart, April, Mei, Juni, Juli

Bijzonderheden:

    Gemakelijk te verzorgen, Giftig

Standplaats:

    Zon, Halfschaduw

Grond:

    Doorlatend, Humusrijk

Hoogte tot:

    75 cm

Latijns/wetenschappelijke naam:

    Ornithogalum

De standplaats van de Vogelmelk

Plant vogelmelk op plaatsen waar ze zich ongehinderd uit kunnen breiden. Ze stellen vrijwel geen eisen en zijn ook zonder problemen bestand tegen de concurrentie van bomen, gras en bodembedekkers. Bijna alle vogelmelk soorten gedijen uitstekend op halfbeschaduwde standplaatsen, nabij groepen houtige gewassen. Ze voelen zich ook thuis in een natuurlijke tuin, waar ze spoedig grote groepen kunnen vormen. Een uitzondering is de breedbladige vogelmelk, Ornithogalum balansae, die vooral goed gedijt in een rotstuin. De exotische soorten gedijen het beste in een border van vaste planten of in een bed met zomerbloemen.

Onderhoud het jaar rond

Voorjaar Zomer Najaar
De vorstgevoelige soorten kunt u pas in mei planten. Snij uitgebloeide bloemen regelmatig af om een ongewenste uitbreiding van de planten te voorkomen. Vergeelde bladeren afsnijden. Maai het gazon pas als alle bladeren zijn afgestorven. Bollen zonodig delen. Plant vogelmelk in het najaar in kleine groepen op ongeveer 10 cm van elkaar en 5-10 cm diepte. Rijp zaad kunt u nu in kistjes zaaien. Het zaad heeft voor het kiemen kou nodig en kiemt goed na een overwintering in de koude bak.
Tips bij het kopen Tips van de prof Licht en grond Problemen
Koop in het voorjaar bij een postorderbedrijf of een speciale kwekerij grote, stevige bollen. Koop nooit zachte, rottende bollen. Neem ook geen bollen met blauwe of grijze vlekken in verband met mogelijke schimmels. Snij de stengels van uitgebloeide bloemen af voordat deze zaad vormen. Zo voorkomt u te grote uitbreiding. Gewone vogelmelk bloeit alleen ’s middags in de volle zon. Op bewolkte dagen gaan de bloemen vaak niet open. Zon tot halfschaduw. Grote vogelmelk geeft de voorkeur aan volle zon. De overige soorten gedijen beter in de lichte halfschaduw onder bomen. Doorlatende, losse grond. De bollen verdragen geen stilstaand water. Bij stilstaand water rond de bollen, na een natte winter of in zware grond, kan bolrot optreden. De beste preventie bestaat uit een drainagelaag van zand of fijn grind. Aangetaste planten moet u verwijderen en vernietigen. Plant alleen gezonde bollen.