Een smeltveiligheid is beter bekend als zekering of stop. Alle groepen van het leidingsysteem in oudere woningen zijn beveiligd met smeltveiligheden. Deze dienen om bij overbelasting of kortsluiting de betreffende groep uit te schakelen ter voorkoming van o.a. brandgevaar.
Een smeltveiligheid (zekering, stop) is een opzettelijk aangebrachte zwakke plek in het leidingstelsel, zodanig geconstrueerd dat zij doorsmelt in geval van overbelasting. Zo zal b.v. de veiligheid doorsmelten als een elektrisch kacheltje met een vermogen van 3 kW, d.w.z. 13A bij 230V wordt verbonden met een leiding die niet meer dan 6 a kan verwerken. Het is van vitaal belang een smeltveiligheid te gebruiken die bestemd is voor een bepaald apparaat of voor een bepaalde stroomkring. Vervang nimmer een smeltveiligheid voor een lage stroom sterkte door die bestemd voor een hogere stroom of door een willekeurig stuk metaal. Tracht ook nooit een smeltpatroon te repareren!
In huisinstallaties worden hoofdzakelijk 6,10 en 16 a smeltpatronen gebruikt. Deze smeltpatronen passen in een schroefkop die men in de zogenaamde schroefpatroonhouder schroeft. Op de bodem van deze schroefpatroonhouder bevindt zich de z.g. passchroef welke dezelfde kleur heeft als de melder (dopje bovenin smeltpatroon dat losspringt bij doorsmelten hiervan). Dit is bij 6 a groen, 10 A rood en 16 A grijs. De bovengenoemde passchroef dient ter voorkoming van het inschroeven van smeltpatronen van een te hoge waarde; zo kan men wel een smeltveiligheid van 6A in de pasring van 16A schroeven, echter niet een van 16A in de pasring van 6A.
Zoeken naar een doorgeslagen smeltveiligheid.
Het eerste wat gedaan moet worden als een smeltveiligheid doorslaat is het zoeken van de oorzaak hiervan. Schakel om te beginnen het apparaat uit waarvan men vermoedt dat het de kortsluiting heeft veroorzaakt. Schakel vóór het verwijderen van de smeltveiligheid de schakelaar van de desbetreffende groep uit. Men kan aan het weggesprongen meldertje zien welke smeltveiligheid doorgeslagen is. Een smeltveiligheid zal doorsmelten als de groep overbelast is geweest door b.v. het aansluiten of inschakelen van teveel apparaten tegelijk, als de bedrading van een bepaald apparaat defect is of als de smeltveiligheid van een te lage waarde is.
Is kortsluiting de oorzaak van het doorslaan der smeltveiligheid en kan men de fout niet lokaliseren, handel dan als volgt: zet alle licht en andere schakelaars uit, verwijder de contactstoppen uit alle wandcontactdozen (denk ook aan ijskast, ventilator, centrale verwarming e.d.). Slaat de smeltveiligheid nu nog door waarschuw dan een erkend elektricien. Blijft de smeltveiligheid intact schakel dan alles stuk voor stuk weer bij tot de smeltveiligheid doorslaat, waarmee men dan het defecte apparaat, lichtpunt of dergelijke gevonden heeft.
Maximumschakelaar
Men kan tegenwoordig in plaats van smeltpatronen ook maximum schakelaars gebruiken. Deze schakelen zichzelf uit bij overbelasting of kortsluiting. Na het opheffen van het defect kan men door het indrukken van een knop op de maximumschakelaar deze weer inschakelen. De maximumschakelaar schroeft men in plaats van een smeltveiligheid in de schroefpatroonhouder. Zij zijn verkrijgbaar in waarden van 6, 10, 16, 20 en 25 a.