Stambonen (Phaseolus vulgaris), waartoe sperzie- of princessebonen, maar ook stamsnijbonen worden gerekend, blijven met een maximale hoogte van 50 cm beduidend lager dan stokbonen. Ze stellen ook minder eisen aan de grond en gedijen zelfs in de halfschaduw Ze zijn zeer vorstgevoelig en worden daarom eenjarig gekweekt.
De wortels van stambonen hebben evenals die van alle planten uit de Vlinderbloemen familie kleine knolletjes, waarin bacteriën leven die in staat zijn de stikstof uit de lucht te binden. Stambonen moeten ter plaatse worden gezaaid of in potjes van geperste turf worden voorgekweekt. Ze zijn niet bestand tegen verspenen. De witte, gele of violette bloemen verschijnen vanaf eind juni in kleine trosjes. Bijzonder gemakkelijk te oogsten zijn de rassen waarvan de vruchten in trossen boven de bladeren zitten.
Eigenschappen
Oogstperiode:
Bijzonderheden:
Standplaats:
Grond:
Hoogte tot:
Latijns/wetenschappelijke naam:
|
Groene peulen
- Arosa: Rechte, ronde peulen, 10-12 cm lang; bonen crèmekleurig; vroege, rijke oogst; resistent tegen virussen en bacteriën.
- Admires: Rechte snijboon, 17-19 cm lang; bonen wit; vroege, rijke oogst; resistent tegen virussen en bacteriën.
- Marona: Lange, vlezige, vrij rechte peulen, tot 15 cm; bonen crèmekleurig; vroege, gemiddelde oogst; gevoelig voor ziekten.
- Saxa: Middellange peulen, tot 12 cm lang; crèmekleurige bonen; middelvroege oogst; bijzonder lekker; oud ras; lastige teelt.
- Argus: Lange, slanke peulen, 20-22 cm lang; witte bonen; middelvroege, rijke oogst; resistent tegen virussen en bacteriën.
- Maxi5: Ronde, rechte peulen, 18-20 cm lang; lichtbeige bonen; vroege, rijke oogst; bonen in trossen boven de bladeren.
Gele peulen
- Wachs Superbe: Ronde, kromme peulen, 13-15 cm lang; witte bonen met zwarte spikkels; middelvroege, rijke oogst; sterk gewas.
- Goldimmens: Rechte, goudgele peulen, 13-15 cm lang; witte bonen; middelvroege, gemiddelde oogst; sterk gewas.
- Golden Teepee: Ronde, kromme, gele peulen, tot 18 cm lang; witte bonen; middelvroege oogst; bonen in trossen boven de bladeren.
Paarse peulen
- Purple Teepee: Ronde, kromme paarse peulen, 12-15 cm lang; bruine bonen; middelvroege, rijke oogst; bonen in trossen boven de bladeren.
- Purple King: Platronde, kromme peulen, 12-16 cm lang; crèmekleurige bonen; vroege tot middelvroege, rijke oogst; redelijk sterk.
- Purpiat: Ronde, rechte peulen, 12-14 cm lang; beige bonen; middelvroege, gemiddelde oogst; redelijk sterk gewas.
Tips: Stambonen kiemen pas bij temperaturen boven de 12°C; onder de 2°C sterven de zaailingen af. Zaai daarom niet te vroeg in de volle grond, maar pas in de tweede helft van mei als de grond al warm is geworden. Een afdekking met vlies kan de zaailingen bij koud weer extra bescherming bieden.
Goede buren voor stambonen in een gemengde cultuur zijn bonenkruid, spinazie, kropsla en koolrabi. Bonenkruid houdt plagen als de zwarte bonenluis op afstand.
Oogst de bonen om de drie of vier dagen. Op deze wijze bent u altijd verzekerd van malse vruchten. Houd de planten bij het plukken vast, zodat ze niet per ongeluk uit de grond worden getrokken. Rauwe bonen zijn niet geschikt voor consumptie. Ze bevatten een giftige stof, die alleen door koken wordt vernietigd.
Onderhoud het jaar rond
Voorjaar | Zomer | Najaar |
Tussen half mei en begin juli kunt u de bonen direct in de volle grond zaaien. Dek het zaad met vlies af, tot het begin van de bloei. Dit beschermt de planten tegen bonenvliegen en slecht weer. Half mei in de tuin planten en aanaarden zodra de jonge planten 10 cm hoog zijn. | In de bloeiperiode hebben de planten voldoende water nodig. Zodra de peulen verschijnen, moet u om de drie tot vier dagen oogsten. Houd de planten vast, zodat u ze niet uit de grond trekt. Laat de bonen niet te dik worden, ze worden dan taai. Leeg geoogste planten composteren. | Zie zomer |
Tips bij het kopen | Tips van de prof | Licht en grond | Problemen |
Koop in het voorjaar vers zaad. Stambonen zijn verkrijgbaar met groene, gele en paarse peulen. Deze laatste worden bij het koken groen. Handig bij het oogsten zijn rassen met groepjes vruchten boven de bladeren. Koop nooit oud zaad. | Voor een vroege oogst eind april binnenshuis voorkweken. Per pot drie zaden zaaien, de planten afharden en half mei planten. Door met tussenpozen te zaaien en de juiste rassen te kiezen kunt u tot het najaar oogsten. | Zon tot halfschaduw. De meeste bloemen en vruchten dragen stambonen in de volle zon, maar ze nemen ook genoegen met halfschaduw. Doorlatende, kalkhoudende grond. De planten gedijen in elke grond die niet te zwaar of te droog is. | De vetvlekkenziekte wordt door bacteriën veroorzaakt. Vochtig en warm weer bevordert een aantasting. Op de bladeren ontstaan dan waterige plekjes met een gelige rand, die bij warm weer verdrogen. Ook de peulen laten ronde, glazige vlekken zien. Aangetaste planten moeten worden vernietigd. |