Ballerina appelbomen zijn afkomstig uit Engeland. Ze groeien zeer langzaam en blijven buitengewoon slank. Aan dit laatste feit hebben ze hun naam te danken. Ze worden ongeveer 30 cm breed en bereiken een hoogte van maximaal 2,5 m. De boompjes groeien zuilvormig en hebben doorgaans maar korte zij scheuten. Daarop verschijnen dan eind april/begin mei de mooie, geurende bloemen en later de appels, die meestal in september geoogst kunnen worden.
Ze worden aangeboden als eenjarige, veredelde planten met kluit of in containers. De rassen kunnen alleen vegetatief worden vermeerderd en zijn derhalve op traag groeiende onderstammen geënt.
Omdat ze maar weinig ruimte nodig hebben, zijn ballerina’s ideaal voor een kleine tuin. Ze kunnen zelfs in kuipen op het terras of het balkon groeien en vruchten dragen. Bijzonder mooi zijn ze in groepen van twee tot vier stuks. Ook in kleine borders is er voldoende ruimte voor de bomen. Zorg dan voor een onderbeplanting van lage vaste planten of zomerbloeiers. Als u de sierlijke bomen in een haag wilt planten, moet u een onderlinge afstand van 60 cm aanhouden.
 |
Eigenschappen
Bloeiperiode:
Bijzonderheden:
Standplaats:
Grond:
Hoogte tot:
Latijns/wetenschappelijke naam:
|
Rassen en bestuiving
De volgende rassen zijn in de handel verkrijgbaar. Het sortiment zal in de komende jaren nog toenemen.
- ‘Trajan’ (vroeger ‘Polka’) bloeit vanaf mei wit tot diep roze en krijgt groen tot geelrode vruchten, die u vanaf eind september kunt oogsten. Het vruchtvlees is wit en sappig en smaakt uitstekend. De appels kunt u een tot twee maanden bewaren.
- ‘Tuscan’ (vroeger ‘Bolero’) bloeit begin mei zuiverwit. De lichtgroene vruchten hebben een goudgele waas en kunt u begin september oogsten. Het witte vruchtvlees is stevig en sappig, de smaak doet aan die van ‘James Grieve’ denken. De appels moeten zo spoedig mogelijk worden gegeten.
- ‘Telamon’ (vroeger ‘Waltz’) heeft begin mei violetwitte bloemen. De donkerrode appels kunnen eind september worden geplukt. Het bleekroze vruchtvlees is zeer sappig en zoet, de smaak lijkt op die van ‘Red Delicious’. De mooie appels kunt u enkele maanden bewaren.
- ‘Obelisk’ (vroeger ‘Flamenco’) bloeit vanaf half mei wit roze. De appels zijn roodgroen tot donkerrood en vanaf september oogstrijp. U kunt ze tot Kerstmis bewaren. De smaak van het stevige, witte vruchtvlees heeft enige gelijkenis met ‘Cox’s Orange’.
Ballerina’s zijn slechts in beperkte mate zelfbestuivend. ‘Tuscan’ en ‘Telamon’ hebben meestal een bestuiverras nodig. Bij de overige rassen valt de oogst beduidend hoger uit als er een stuifmeeldonor in de buurt staat. Plant daarom altijd minstens twee rassen. Goede stuifmeeldonoren zijn ‘Glockenapfel’, ‘Idared’ en ‘James Grieve’.
Tip:
Als het u ontbreekt aan een geschikte overwinterings ruimte, kunt u de kuip ook buiten laten staan. Zorg dan wel voor een beschutte plaats. Zet de kuip op een houten vlonder en pak haar in noppenfolie in. Dek de stam af met rijshout. Geef regelmatig water.
Onderhoud het jaar rond
| Voorjaar | Zomer | Najaar |
| Gunstige plant tijd .Voor de teelt in kuipen leemhoudende grond gebruiken. | Voor in kuipen geteelde ballerina’s mag de grond nooit helemaal uitdrogen. Als u geen langzaamwerkende mest gebruikt, geeft u om de drie tot vier weken vloeibare mest. Ballerina’s in de volle grond hebben geen mest nodig als u de wortelzone met compost afdekt. | Ballerina’s in kuipen voor de eerste vorst naar binnen brengen, bijvoorbeeld in een lichte, droge kelder. U kunt ze ook buiten op een houten vlonder zetten, in noppenfolie pakken en de stam extra met rijshout afdekken. |
| Tips bij het kopen | Tips van de prof | Licht en grond | Problemen |
| Koop in het voor- of najaar twee tot drie rassen, zodat deze elkaar kunnen bevruchten. Koop nooit slechts één boom. Als er geen andere appelboom in de buurt als stuifmeeldonor kan fungeren, zal de oogst matig zijn. | Met ballerina’s kunt u ook een sierlijke haag of een laantje planten. De optimale afstand tussen de bomen bedraagt dan ongeveer 60 cm. Bewaar de appels door ze afzonderlijk in krantenpapier te wikkelen en los in een doos te leggen. | Zon. Om een zo rijk mogelijke oogst te bereiken, moeten de bomen op een zonnige, tegen de wind en vorst beschutte plaats staan. Humusrijke, licht zure grond, die ook wat leem bevat, zodat de aarde niet zo snel uitdroogt. | Bij stip verdrogen delen van het vruchtvlees, daarna volgt afsterving. De daardoor ontstane bruine vlekken smaken bitter. De oorzaak is meestal te veel stikstof en een onregelmatige watervoorziening. Voor planten in kuipen is het belangrijk dat ze regelmatig water en mest krijgen. |
