Een lijmknecht is een Nederlandse benaming voor de serre joint (of ’sersjant’), een gereedschap om zeer grote werkstukken die in elkaar gelijmd zijn, in te klemmen.
De lijmknecht bestaat uit een stalen ’rail’ (in verschillende lengten verkrijgbaar) waarin op regelmatige afstanden gaatjes zijn aangebracht. Met stalen pennen kunnen daardoor de twee losse lijmkoppen op elke gewenste plaats worden vastgezet. Eén van de lijmkoppen is voorzien van een draadeind, waarmee het stootvlak van de lijmkop met grote kracht tegen het ingespannen werkstuk kan worden gedraaid. Bij de grootste types lijmknechten zijn spanwijdten van enkele meters bereikbaar. Een lijmknecht kan ook zelf worden gemaakt, hetzij met een stalen, hetzij met een houten rail. Indien er hout voor wordt gebruikt is zuiver recht hardhout of een goede kwaliteit multiplex, 25 mm dik, het meest geschikte materiaal. De lijmkoppen zijn per paar verkrijgbaar. Teken de plaatsen voor de gaatjes af via het gat in de geleider van de lijmkop; boor de gaatjes in de rail op afstanden van 10 cm. De maximum lengte voor een houten rail is ca. 150 cm.
Bij de meeste werkzaamheden waaraan dergelijk klemgereedschap te pas komt zijn minstens twee lijmknechten nodig; een aantal van drie vergroot de toepassingsmogelijkheden aanzienlijk. Een oneven aantal verdient de voorkeur, omdat dan de rail om en om geplaatst kan worden.