Vloerisolatie wordt nog wel eens vergeten in het isolatie verhaal, maar vloeren op de begane grond en boven koude ruimtes laten nogal wat warmte door. Als de vloer die u wilt gaan isoleren, van hout of van beton gemaakt is geven we hier een oplossing.

Tip: Isolatiemateriaal bevat vaak minerale wol (glas- en steenwol). Bij het verwerken van dit materiaal doet u er goed aan een stofkapje voor uw mond en neus te binden. Het vrijkomende stof irriteert luchtwegen en longen. Om dezelfde reden is het verstandig het materiaal te verwerken in een ruimte waar u voldoende frisse lucht krijgt, zo mogelijk in de buitenlucht. Dus niet in de kruipruimte gaan knippen of snijden! Gebruik ook handschoenen: isolatievezels kunnen jeuk en kriebel veroorzaken.

Houten vloeren
Om een vloer aan de onderkant te kunnen isoleren, moet u in de kruipruimte werken. De kruipruimte bereikt u normaal gesproken via een vloerluik. Let er bij het isoleren op dat u de ventilatie van de kruipruimte niet blokkeert. Ventilatie is niet alleen nodig om een houten vloer ‘gezond’ te houden, maar is zelfs verplicht voor kruipruimtes waar een gasleiding doorheen loopt.

Vloerisolatie

Isolatiemateriaal bestaat vaak uit plaatmateriaal (polystyreen, glas- of steenwol). Snijd dit eerst met een mes op maat of zaag het op maat (bij glas- en steenwol). Daarna kunt u gaan bevestigen. Dat kan op verschillende manieren. Het meest gebruikt zijn klemlatjes die u tegen de vloerbalken bevestigt, maar u kunt de platen ook tegen de onderkant van de vloer lijmen. Voor polystyreenplaten moet u dan speciale polystyreenlijm gebruiken, voor glas- en steenwol is elke montagekit geschikt. Wanneer u met latjes werkt, kunt u deze ook halverwege de balken spijkeren, zodat er een luchtspouw tussen de isolatieplaat en de vloer ontstaat .

Een ook veel gebruikt materiaal is de bekende isolatiedeken van glas- of steenwol. Deze kunt u tussen de balken aanbrengen. Om doorhangen van de deken te voorkomen, wordt gegalvaniseerd draad getrokken door gegalvaniseerde ogen die zijn bevestigd aan de balken. Houd bij aanschaf van de dekens, die op rollen worden verkocht, rekening met de balkafstand van uw vloer. Wanneer die breder is dan de breedte van de isolatiedekens (maximaal 120 cm), dan kunt u de dekens ook haaks op de balklaag aanbrengen. Als u de dekens haaks aanbrengt, gebruik dan voor de bevestiging latten van 2×5 cm. Houd de lengte van de latten net iets korter dan de breedte van de dekens.

Tip: Bij isolatiemateriaal met een dampremmende laag dient deze laag altijd aan de warme kant (dus binnen de woning) te worden aangebracht. Onder de vloer, bij voorbeeld, zit de dampremmende laag tegen de onderkant van de vloer.

Beton vloeren
Een betonvloer hoeft niet altijd een kruipruimte te hebben. Het beton is dan rechtstreeks op de ondergrond gestort. In zo’n geval is alleen isolatie van de bovenkant mogelijk. Dat geeft meestal problemen bij deuren en trappen: de hele vloer komt met isolatiemateriaal ongeveer 8 cm hoger te liggen. Voor oplossing van deze problemen heeft u een deskundige nodig.

Indien wel een kruipruimte aanwezig is, wordt de vloer aan de onderkant geïsoleerd. Deze kan vlak zijn, maar ook als systeem vloer uitgevoerd met geprofileerde elementen.

Bij een vlakke onderzijde is isolatie erg eenvoudig; de isolatieplaten (van ongeveer 5 cm dikte) lijmt u tegen de vloer. Borstel eerst de onderkant van de vloer af. Zorg er bovendien voor dat de vloer goed droog is voor u gaat lijmen. Breng vervolgens dotten lijm op de platen aan en druk ze tegen de vloer. Druk de platen steeds goed tegen elkaar zodat er geen naden ontstaan. Platen die weer naar beneden dreigen te vallen, kunt u tijdelijk (24 uur) tegen de vloer klemmen met behulp van een steunlatje en een plankje. Het lijmtype dat u moet gebruiken, is ook hier afhankelijk van het soort isolatiemateriaal.

Vloerisolatie

Bij vloeren met een niet vlakke onderzijde heeft u speciale pennen nodig. Er zijn zelfklevende pennen in de handel en pennen die met lijm bevestigd moeten worden. U brengt deze pennen aan tegen de betonbalken op een onderlinge afstand van 30 cm. De isolatieplaten worden vooraf op maat gesneden. De breedte van de platen moet gelijk zijn aan de hart-op-hart afstand van de betonbalken. Vervolgens brengt u de platen aan tussen de pennen en buigt de uiteinden van de pennen om. Doorhangen van de platen voorkomt u door een gegalvaniseerde draad zigzag tussen de balken te bevestigen.