Meerjarige salie of salvia is een plantengeslacht met veel soorten en een graag geziene gast in de meeste tuinen.
Salvia officinalis is een bekend keukenkruid. Er zijn ook talrijke rassen die vooral een decoratieve functie hebben. De zuivere soort is een compacte, altijdgroene halfheester die 30-60 cm hoog kan worden. De kruidig geurende, elliptische bladeren zijn grijsgroen. Van juni tot augustus verschijnen de slanke, aarvormige bloeiwijzen met lila bloemen. De rassen onderscheiden zich vooral door de kleur van de bladeren. Die van ‘Aurea’ zijn goudgeel, die van ‘Berggarten’ zeer breed en grijs. ‘Purpurascens’ heeft dofviolette bladeren, ‘Tricolor’ bloeit violet en heeft grijsgroene bladeren met purperroze vlekken. Kenmerkend voor ‘Icterina’ zijn de blauwe bloemen en geel-bonte bladeren. ‘Albiflora’ is een witbloeiend ras.
Salvia nemorosa, ook wel zomersalie genoemd, groeit stijver en wordt 80 cm hoog. Deze vaste plant heeft mat groene, gerimpelde, ovale tot lancetvormige bladeren. De blauwviolette bloemen verschijnen in juli en augustus in losse, aarvormige bloeiwijzen. De in de handel verkrijgbare rassen worden slechts 40 tot 50 cm hoog. ‘Blauhügel’ heeft zuiverblauwe bloemen, ‘Mainacht’ bloeit al in mei in een donkerblauwe tint, ‘Negrito’ heeft eveneens donkerblauwe bloemen, terwijl ‘Ostfriesland’ violetblauw en ‘Rose Queen’ rozerood bloeien.
Salvia lavandulifolia lijkt op S. officinalis, maar groeit compacter en wordt slechts 20-30 cm hoog. De bladeren zijn kleiner en smaller. Deze soort is volledig winterhard.
 |
Eigenschappen
Soort:
Bloeiperiode:
Bijzonderheden:
Standplaats:
Grond:
Hoogte tot:
Latijns/wetenschappelijke naam:
|
De standplaats van de Salie
De aantrekkelijke salie kan meer dan alleen de kruidentuin verrijken. In een border met vaste planten komen alle soorten goed uit, omdat ze door de vorm van de bloemen voor mooie contrasten zorgen. Voor de rotstuin zijn vooral de laagblijvende rassen van S. officinalis en S. nemorosa geschikt, maar ook de soort Salvia lavandulifolia. In potten en kuipen doen alle soorten het goed. Ze kunnen goed tegen droogte, dus is het niet nodig om steeds te gieten.
Onderhoud het jaar rond
| Voorjaar | Zomer | Najaar |
| Zaai vanaf april op de vensterbank, vanaf mei in de volle grond. Gekochte jonge planten mogen vanaf april in de tuin, zaailingen vanaf mei. Verdeel compost rond de ingewortelde planten. | Alleen bij aanhoudende droogte gieten. Salvia nemorosa na de bloei flink terugsnijden, zodat de planten nog een keer bloeien. De grond met compost bedekken. Salvia officinalis in vorm snijden. | Salvia nemorosa voor het invallen van de vorst op een handbreedte terugsnijden. De bonte rassen van S. officinalis zijn vorstgevoelig en moeten met rijshout worden afgedekt. |
| Tips bij het kopen | Tips van de prof | Licht en grond | Problemen |
| Koop in het voor- of najaar salie planten in potten. Kies uitsluitend stevige planten met gezonde bladeren. U kunt ook vers zaad kopen en de planten zelf opkweken. Koop nooit zwakke planten met vergeelde of verwelkte bladeren. | Alle soorten en rassen zijn aantrekkelijk voor bijen, ook als ze in kuipen staan. Salvia officinalis kan na de bloei in vorm worden gesnoeid. Zo kunnen de planten desgewenst bolvormig groeien, maar ook als laag blijvende omlijsting. | Zon. Salie gedijt het best op een warme en zonnige plaats. Planten met bonte bladeren hebben in de winter meestal enige bescherming nodig. Humusrijke, matig droge grond. Werk bij het planten een beetje kalk door de aarde. | Salie wordt slechts zelden door ziekten of plagen aangetast. Een enkele keer kunnen slakken bij regen de omlaag hangende bloeiwijzen belagen. Verzamel en vernietig de dieren of zet schoteltjes met bier neer. Schud ook even de bloeiwijzen uit en bind deze zonodig op. |
