Wanneer u een krakende trap heeft, hoeft dit nog niet te betekenen dat hij constructief in slechte staat zou zijn. Dat kraken is echter wel hinderlijk. Het is een betrekkelijk kleine moeite om daar op afdoende wijze iets tegen te doen. De beste gelegenheid daarvoor is het tijdstip waarop bijv. de trapbekleding wordt vernieuwd. Dan kunt u aan de ‘zichtzijde’ werken, koppen van spijkers of schroeven verdwijnen daarna weer onder de nieuwe bekleding. Is er echter geen aanleiding om de bestaande bekleding te vervangen, dan kan het kraak probleem aan de achterkant van de trap worden aangepakt. Die is in vele gevallen (bij ‘vaste trappen’ van de begane grond naar de verdieping of van de verdieping naar de zolder) wel bereikbaar.

Krakende trap

Een trap bestaat uit treden en stootborden, resp. de horizontale en verticale delen. De treden steken iets buiten de stootborden uit, de voorkant van een trede heet ‘neus’. Treden en stootborden zijn bevestigd in de zgn. trapbomen, waarvan er één gewoonlijk tegen de wand bevestigd is. De kraak problemen worden veroorzaakt door de verbindingen tussen al die onderdelen, tussen trede en stootbord, tussen deze beide en de trapbomen, soms ook tussen trapboom en wand. Door werking van het hout ontstaat er na verloop van tijd ruimte tussen die verbindingen.

Naspijkeren of -schroeven
Een ‘kale’ trap, waarvan de bekleding verwijderd is, kan op heel eenvoudige wijze nagespijkerd of -geschroefd worden. Zoek eerst de koppen van de oorspronkelijke spijkers op en drevel deze iets dieper in. Zet de drevel rechtstandig op de spijkerkop en geef er enkele fikse hamerklappen op. Breng vervolgens per trede enkele extra spijkers aan, telkens in het midden van de afstand tussen twee bestaande spijkers. Neem spijkers van voldoende lengte, ze moeten over ca. 2/3 van hun lengte in het stootbord verdwijnen. Kijk goed waar u de spijkers ten opzichte van de trapneus plaatst, ze moeten in het ‘hart’ van het stootbord terecht komen. Dat is een kwestie van het buiten het stootbord uitstekende deel van de trede opmeten en daar ca. 1 cm bij optellen. De bestaande spijkerlijn wijst u trouwens de weg. Drevel alle spijkerkoppen iets onder het oppervlak van de treden en vul de gaatjes boven de spijkerkoppen met kneedbaarhout.

Krakende trap

In plaats van spijkers kunt u ook schroeven gebruiken. Boor eerst gaatje voor, om de schroeven gemakkelijk te kunnen indraaien. Inzake de lengte van de schroeven geldt hetzelfde als voor spijkers. Breng de schroeven ‘kopverzonken’ aan en vul de gaten boven de koppen met kneedbaar hout. Nadat nieuwe bekleding is aangebracht, is de anti-kraak reparatie volkomen onzichtbaar. Probeer echter eerst even of het gekraak inderdaad verholpen is.

Aan achterzijde
Het kraakprobleem kan ook aan de achterzijde van de trap worden aangepakt. Vooral wanneer die achterkant niet direct zichtbaar is (bijv. in een gang- of kelderkast) is dit een aantrekkelijke methode. Wanneer tussen de treden en de stootborden aan die achterkant heel duidelijke kieren aanwezig zijn, vul deze dan op. Daarvoor kunt u verschillende methoden toepassen: siliconenkit inspuiten, schuimvinyl-tochtband inproppen, latjes met plastische kit ‘inwellen’ (dit laatste indien de kieren bijv. zo’n centimeter breed zijn). Vaak zal door een dergelijke behandeling het kraken al grotendeels verholpen zijn.

Deze maatregel kan ook ter aanvulling op het hierboven omschreven naspijkeren of -schroeven aan de zichtzijde worden uitgevoerd. In ernstige ‘kraak gevallen’ kan ook het aanbrengen van een lat in de hoek tussen trede en stootbord een oplossing bieden. Neem er latten van ca. 3 x 3 cm voor, zaag ze op de vereiste lengte (let wel: die lengte varieert bij een draaiende trap van trede tot trede). Strijk twee vlakken van elke lat in met plastische kit of montagekit en schroef de lat stevig vast. Breng de schroeven afwisselend verticaal en horizontaal aan, dus telkens één in de trede en één in het stootbord.

Krakende trap

Trapboom
Zichtbare naden tussen treden/stootborden en de trapbomen kunnen eveneens met kit worden gevuld. Let vervolgens op de verankering van de tegen de wand geplaatste trapboom. Daar wil ook nog al eens iets aan mankeren. Het verbeteren van die bevestiging is meestal niet zo’n eenvoudige zaak, maar wanneer tussen de trapboom en de wand een duidelijk zichtbare ruimte is, spuit die dan zo nodig ook vol siliconenkit of plastische kit.