Het is nog niet zo lang geleden dat je een hele reeks houtverbindingen moest kunnen maken om als doe-het-zelver aan de slag te kunnen. Er bestonden toen nog geen goede lijmen en staal en kunststofbewerking door de amateur stond nog in de kinderschoenen. Hout (goedkoop, sterk, gemakkelijk te bewerken) was het materiaal voor de klusser, en de sterkte van de houtverbindingen was afhankelijk van de vorm ervan.
Tegenwoordig is dat anders. Spaanplaat, multiplex, mdf en allerlei andere samengestelde materialen hebben de meeste natuur houtsoorten verdrongen. Veel moderne lijmen zijn sterker dan het materiaal dat ze verbinden. Toch zullen de zwaluwstaart, de pen-en-gatverbinding en andere klassieke houtverbindingen niet verdwijnen, omdat ze mooi zijn en doelmatig, en vooral ook omdat ze heel erg leuk zijn om te maken.
Wilt u weten hoe u ze maakt -> Houtverbindingen maken
Spijkers
De eenvoudigste houtverbindingen maakt u met behulp van spijkers (of, zoals de vakman zegt, draadnagels), maar daar komt meer bij kijken dan het op tijd weghalen van uw duim. Gespijkerde verbindingen zijn goedkoop en snel te maken, maar kunnen echter niet veel trekkracht verdragen. Bovendien wil het hout nog wel eens splijten bij het spijkeren.
Neem de volgende tips in acht om een solide nagelverbinding te maken:
- Gebruik het juiste formaat en soort. Er zijn spijkers, variërend van messing lijstnageltjes van nog geen 8 millimeter lang tot reusachtige draadnagels van meer dan 20 centimeter voor het verbinden van dikke balken. In het algemeen moet een spijker zo’n twee- tot driemaal zo lang zijn als de dikte van het hout dat u vast wilt zetten. Spijker altijd van het dunne hout in het dikkere deel.
- Voor verbindingen waaraan zware eisen worden gesteld (zoals in schuttingen), kunt u beter ringnagels gebruiken, spijkers met over de hele lengte ringvormige ribbels. Die hebben een betere ‘grip’.
- Sla de spijkers om en om onder een andere hoek in het hout. Dergelijke ‘verspringend schuin’ gespijkerde verbindingen houden aanzienlijk beter.
- Als u bang bent dat het hout splijt, kunt u de punt van de spijker door een tik met de hamer bot maken.
- Draadnagels met verloren kop kunt u met een drevel gemakkelijk in het hout verzinken, waarna het gaatje netjes kan worden weggewerkt met plamuur.
Schroeven
Een betere verbinding kan worden bereikt met behulp van schroeven, vooral in combinatie met een geschikte houtlijm. In principe zijn er drie soorten schroeven waarmee houtverbindingen worden gemaakt: houtschroeven, spaanplaatschroeven en houtdraaibouten.
Houtschroeven zijn voorzien van een schroefdraad die niet helemaal tot de kop doorloopt. Het schroefgat moet altijd een beetje dieper dan de halve lengte worden voorgeboord met een boortje dat iets smaller is dan de dikte van de schroef. De kop van de schroef kan bolvormig (bk), lensvormig (lk) of plat (pk) zijn. Platkop hoetschroeven kunnen in het hout worden verzonken met behulp van een soevereinboor.
Spaanplaatschroeven hebben een schroefdraad die tot aan de kop doorloopt. Ze zijn voorzien van een kruiskop, waardoor ze zeer geschikt zijn om met een elektrische schroevendraaier te worden ingedraaid. Kleine maten hoeven in het algemeen niet te worden voorgeboord. Vanzelfsprekend zijn ze zeer geschikt voor spaanplaat, maar ze kunnen ook voor het verbinden van andere (zachte) houtsoorten worden toegepast.
Houtdraadbouten zijn vergelijkbaar met gewone houtschroeven; ze zijn echter bedoeld voor het zwaardere werk (balken etc.) en moeten dan ook met een moersleutel worden aangedraaid.
Andere hulpmiddelen
Er zijn diverse hulpmiddelen verkrijgbaar voor het (haaks) verbinden van gelamineerd spaanplaat en ander plaatmateriaal; dergelijke plank en paneelverbinders zijn weliswaar gemakkelijk te monteren (met schroeven), maar ze zijn meestal niet bedoeld voor dragende constructies.
Hoekankers en raveeldragers zijn dat wel. Ze worden gebruikt om dragende balken in constructiewerk dat niet in het zicht komt, stevig aan elkaar te verbinden. Ze vormen een vervanging van ingewikkelde klassieke houtverbindingen en bestaan uit stroken plaatstaal die in verschillende vormen zijn omgezet en rondom voorzien van gaten om ze vast te spijkeren.
Deuvels zijn korte stukjes rondhout (meestal beukenhout) waarmee een eenvoudige, sterke en onzichtbare houtverbinding (voor bijvoorbeeld meubels) gemaakt kan worden. Omdat ze altijd in combinatie met lijm worden gebruikt, zijn er groefjes in de deuvels gemaakt, zodat de lijm uit het gat kan ontsnappen. Om de gaten voor de deuvels precies tegenover elkaar te kunnen boren wordt gebruikgemaakt van centreerpennetjes, koperen busjes met een uitstekend puntje, die in de boorgaten van een helft van de verbinding worden gestoken zodat ze met een tikje van de hamer een af druk maken in de andere helft. Daarnaast bestaan er ook speciale deuvelmallen, waarmee heel snel en nauwkeurig kan worden gewerkt. De noodzakelijke nauwkeurigheid krijgt u overigens alleen als u echte houtboren gebruikt voor de gaten. Met universeel boren heeft u de kans op het weg lopen van de boor in het hout. Standaardmaten voor deuvels zijn 6, 8 en 10 mm; u kunt deuvels kant en klaar op lengte gezaagd, maar ook per meter kopen.
Lijmen
Tegenwoordig heeft de doe-het-zelver een enorm scala van houtlijmen tot zijn beschikking, variërend van eenvoudige PVA-lijmen voor speelgoed en meubilair tot watervaste PU-constructielijm voor gebruik bij hoge belastingen en buitenshuis. Vrijwel alle lijmsoorten, of ze nu spleetvullend zijn of niet, werken beter als de verbinding met lijmtangen en of schroeven wordt dichtgeklemd. Voor hout zijn de volgende lijmsoorten in gebruik: PVA-lijm, PU-lijm, resorcinol lijm, contactlijmen, enz..
PVA-lijm: dat is de vertrouwde witte, maar transparant opdrogende meubellijm. Behalve hout kunt u er papier, karton en dergelijke mee verlijmen. De meeste fabrikanten leveren drie ‘smaken’: de gewone houtlijm, een extra snel uithardende soort (kan soms al na 5 minuten worden belast) en een waterbestendige variant. Let wel: de laatste is niet watervast. Op echt natte plaatsen kunt u beter een PU-lijm toepassen. Pas ook op met spijkers en ijzeren gereedschap, omdat PVA-lijm daardoor kan verkleuren.
PU-lijmen zijn constructielijmen op polyurethaanbasis voor het zwaardere werk. Ze kunnen voor houtverbindingen en voor het lijmen van hout op steen, beton, metaal en diverse kunststoffen worden gebruikt. PU-lijm is spleetvullend: hij zet namelijk flink uit bij het uitharden. Daarom, en omdat de verbindingen watervast zijn, is het de ideale lijm voor grotere constructies binnen en buiten. Er bestaan speciale PU-lijmen, zoals zeewatervaste twee-componentenconstructielijm, en pasteuze PU-lijm (‘tix’) in een kitkoker, die gemakkelijker te verwerken is dan de dunne PU-lijm. Omdat PU-lijm uitzet en een geel bruine kleur heeft, valt het niet mee om er echt netjes mee te werken. Met de wat duurdere, transparant uithardende PU-lijm lukt dat veel beter.
Resorcinol lijm wordt gebruikt waar de allerhoogste eisen aan een houtverbinding wordt gestelt (in de bouw of scheepsbouw bijvoorbeeld) is resorcinol lijm de oplossing. Het is een bruinrode tweecomponentenlijm, kook en zeewatervast en bestand tegen zeer hoge belastingen.
Contactlijmen bestaan uit kunststoffen in een oplosmiddel; dat moet eerst grotendeels verdampen voor u de ingelijmde delen samenbrengt. In veel gevallen is het oplosmiddel niet erg vriendelijk voor mens en milieu. Maar u kunt er alle mogelijke materialen mee verlijmen: hout, formica, leer, kurk, rubber, plastic en nog veel meer. Contactlijmen zijn al sinds mensenheugenis op de markt, maar er zijn ook nieuwe varianten ontwikkeld die als boter smeren en nauwelijks draden trekken (‘tix’), en montagekit, waarmee u in een oogwenk schrootjes, regelwerk of plinten op allerlei ondergronden kunt vastzetten. Ook bestaan er tegenwoordig transparante contactlijmen die geen bruine randen geven. Gebruik nooit gewone contactlijm om polystyreen (tempex) platen of tegels te verlijmen door het oplosmiddel vallen er gaten in! Er is speciale lijm verkrijgbaar voor het vastzetten van uw isolatieplaten.
Er zijn natuurlijk nog veel meer lijmen die in combinatie met hout kunnen worden gebruikt. In zgn. houtrotvullers worden vaak epoxyharsen gebruikt. Smeltlijm, die in combinatie met een lijmpistool wordt gebruikt, is heel geschikt als houtlijm in de modelbouw, evenals de soorten secondenlijm die geschikt zijn voor poreuze materialen.
Klassieke houtverbindingen
Voor het maken van een goede klassieke houtverbinding is een aantal ingrediënten onmisbaar: goed hout (in slecht hout met veel knoesten of een warrige draad is het nagenoeg onmogelijk), goed gereedschap (zorg ervoor dat uw beitels vlijmscherp zijn), veel tijd en een beetje ervaring. Dergelijke houtverbindingen worden altijd in combinatie met houtlijm toegepast. We lopen de belangrijkste even langs:
De halfhoutverbinding of overkeping wordt gebruikt om hout van gelijke dikte in hoeken of kruis- of T-verbindingen aan elkaar te bevestigen. De verbinding wordt gemaakt door het hout tot op de helft van de dikte te verwijderen. Gebruik een winkelhaak om de breedte af te schrijven, en een kruishout om de halve dikte van het hout af te schrijven. Let goed op dat u het hout aan de juiste kant inkeept, markeer die kant met een kruis.
Om een halfhoutse T- of kruisverbinding te maken dient u de keep aan weerszijden in te zagen en vervolgens uit te beitelen.
De pen-en-gatverbinding wordt vooral gebruikt bij poten en onderstellen van tafels en stoelen. Als ze goed gemaakt wordt (zonder te veel speling tussen pen en gat) is het een heel sterke verbinding. Schrijf de pen zo af, dat de dikte een derde van de dikte van het hout is. Het gat wordt met dezelfde instellingen afgetekend in het andere stuk hout. De diepte van het gat moet even groot zijn als de lengte van de pen die erin komt. Boor zoveel mogelijk van het overtollige hout weg met een rij boorgaten die een iets kleinere diameter hebben dan die van het uiteindelijke gat. Hak dan het gat tot op de gewenste diepte met een beitel uit, beginnend in het midden. Als u een open penverbinding maakt (waarbij het uiteinde van de pen dus zichtbaar is), kunt u van weerszijden werken. Het deel met de pen wordt in een bankschroef gezaagd. Zaag het hout in de lengterichting zorgvuldig in tot op de afgetekende lijnen, draai het dan om en zaag van de andere zijde tot op de lijn. Daarna legt u het hout plat en zaagt u in de dwarsrichting de overbodige stukjes af.
Bij hoekverbindingen in een zware constructie, zoals bij deuren, blijft er een vierkant blokje tegen de pen van de blinde verbinding zitten, waardoor de pen meer steun heeft en de verbinding aanzienlijk sterker wordt. Deze spatpenverbinding wordt op dezelfde manier als een gewone pen-en-gatverbinding gemaakt. Om te voorkomen dat het kleine stukje kops hout aan het uiteinde afbreekt als het gat wordt gehakt, laat u dit deel een stuk te lang, en zaagt u het pas op maat als de verbinding klaar en in elkaar gelijmd is.
Als de pen van een pen-en-gatverbinding maar aan één zijde is verdiept, ontstaat een sterke houtverbinding die wordt gebruikt op plaatsen waar een smalle lat haaks wordt verbonden met een dikkere dwarsbalk, zoals bij de latten die de poten van een klassieke eetkamerstoel versterken. De latten worden op dezelfde manier gemaakt als bij een gewone halfhoutverbinding.
Een zwaluwstaart verbinding bezit een grote treksterkte. De beide delen van de verbinding grijpen in elkaar en de verbinding kan alleen in dezelfde richting uit elkaar worden genomen als ze in elkaar geschoven is.
Met behulp van een zweihaak wordt de zwaluwstaart op het andere deel afgetekend, en vervolgens met een fijn getande kapzaag of een toffelzaag uitgezaagd, zodat er verbinding kan ook (en véél gemakkelijker) met een speciale frees worden gemaakt).
Verstekverbindingen worden traditioneel versterkt met veren. Dat zijn dunne stroken hout van enkele millimeters dik, die in gleuven worden gelijmd die vanaf de zijkant, onder een hoek van 45°, in de verstekverbinding worden gezaagd. Ook dit levert een zeer sterke verbinding op.