Sfeer maken met licht, of het nu gaat om een romantisch onderonsje, een gezellige avond met vrienden of ontspanning na een zware dagtaak: ’s avonds staat of valt het woongenot met een sfeervolle verlichting. Het grote geheim van sfeervolle verlichting ligt in het spel van licht en schaduw. Dat kan alleen ontstaan als verschillende lichtbronnen in de kamer de juiste accenten creëren, mooie dingen goed laten uitkomen en minder mooie dingen in het donker laten verdwijnen.

Sfeer maken met licht

Een centrale lichtbron midden op het plafond die de hele kamer beschijnt en genadeloos elk detail onthult, is zonder meer een stemmingsbederver. Toch hebt u zulk licht wel nodig bij het opruimen en schoonmaken. In de hele kamer moet dus functionele verlichting aanwezig zijn, anders zou u nooit goed kunnen schoonmaken.

Gerichte functionele verlichting: Ook actieve ontspanning zoals een boek lezen of een spelletje kaarten met vrienden is zonder functionele verlichting niet denkbaar. Het is dan belangrijk dat er voldoende licht is op de plaatsen waar dat nodig is, bijvoorbeeld de bank waarop u zit te lezen of de tafel waaraan wordt gekaart. Dat bereikt u door gericht lichtbronnen aan te brengen, die precies beschijnen wat er verlicht moet worden en verder niets. Heel geschikt daarvoor zijn halogeenlampen met een smalle lichtbundel; die verlichten echt alleen het gebied waarop ze gericht zijn.

Maar daarmee hebt u nog geen gezellige verlichting, al was het alleen maar omdat deze scherp begrensde lichtkegels het grootste deel van de kamer donker laten. Dat schept een gevoel van onbehagen. Het voelt gewoon prettiger als de hele ruimte te zien is. Bovendien wordt de sfeer van de kamer in belangrijke mate wordt bepaald door het zicht op de begrenzing van de ruimte: de muren en de meubilering. Als die niet zichtbaar zijn, blijft er van een comfortabel ‘woongevoel’ weinig over.

Sfeer maken met licht

Bescheiden totaalverlichting: Voor sfeerverlichting is het dus vooral belangrijk dat de begrenzing van de kamer enigszins wordt verlicht, bijvoorbeeld door op schilderijen gerichte plafondspotjes, of door serieverlichting die vele lichtpuntjes in een grote kamerplant creëert. Ook een schemerlampje op een boekenplank of een gedimd spotje in een hoek van de kamer kan wezenlijk bijdragen aan de gewenste sfeer.

Als aan elke muur een of twee van zulke lichtbronnen een ongeveer gelijke hoeveelheid licht produceren, bevordert dat niet alleen de gezelligheid, maar het laat de kamer ook groter lijken. Dat betekent niet dat er overal kunstlicht moet zijn: verspreid neergezette kaarsen hebben hetzelfde doel. De combinatie van natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen werkt het best als beide over de hele ruimte zijn verdeeld.

Warme lichttinten: Het romantische effect van kaarsen komt vooral doordat hun licht veel rood bevat. Dat suggereert warmte en gezelligheid. Veel kunstmatige lichtbronnen zoals tl-buizen, halogeenlampen en led bevatten juist veel blauw en groen; dat zorgt voor het stralend witte licht dat vooral gewenst is voor functionele verlichting.

Sfeer maken met licht

Voor sfeerverlichting is zulk licht niet geschikt. Tl-buizen kunt u daarvoor beter helemaal niet gebruiken, en halogeenlampenen led moeten kunnen worden gedimd, want hoe meer u ze dimt hoe warmer hun licht wordt. Spaarlampen zijn er zowel met koele als met warme lichttinten; kies voor woonruimten voor de laatste. De klassieke gloeilamp geeft ook een erg aangenaam soort licht, maar heeft het nadeel dat hij meer stroom verbruikt. Maar het effect van verlichting wordt niet alleen door de eigenlijke lamp bepaald; ook de aankleding speelt een rol. Een beige of rood gekleurde lampenkap kan ondanks een koude lichtbron heel aangenaam licht opleveren.

Voorkom verblinding: Ten slotte geldt voor een goed verlichtingsplan dat het licht niet mag verblinden. Als iemand recht in een lichtbron kijkt, is dat niet alleen hinderlijk voor de ogen, maar voor het hele welzijnsgevoel. Het wekt irritatie. Bij het richten van lichtbundels en beweegbare lichtbronnen moet u daarom goed opletten dat ze niet rechtstreeks op de stoelen in de zithoek en rond de tafel schijnen. Mocht dat onvermijdelijk zijn, zorg dan in elk geval dat de lamp kan worden gedimd.