Anemoonbloemige dahlia’s worden doorgaans tot de halfgevulde dahlia’s gerekend. De bloemen bestaan uit twee duidelijk zichtbare delen. Het centrum of hartje is een dicht, met talrijke buisbloemen gevuld hoofdje, bij een aantal rassen als een kussentje opgebold. De buitenkant bestaat uit een enkelvoudige of dubbele krans van lintbloemen. Er is een aantal eenkleurige rassen. Vaak echter heeft het hart van deze dahlia’s een contrasterende kleur.

Lage rassen met een hoogte van 20-30 cm zijn ‘Purpinka’ (purperviolet), ‘Toto’ (wit met een geel centmm), ‘Brio’ (scharlakenrood),‘Diamant Gelb’ (geel), ‘Diamant Rosa’ (roze) en ‘Inka’ (donkerrood).

Hogere rassen die ongeveer 80 cm hoog worden, zijn bijvoorbeeld ‘Monsieur Dupont’ (purperroze), ‘Pasodoble’ (twee- tot drievoudige, witte krans met een geel hart), ‘Cornet’ (bloedrood), ‘Bridesmaid’ (wit met geel) en ‘Honey’ (zalmroze met geel hart).

Anemoonbloemige dahlia Eigenschappen

     
    Bloeiperiode:Juli, Augustus, September, Oktober, November
    Bijzonderheden:Goede snijbloem
    Standplaats:Zon
    Grond:Voedselrijk, Doorlatend
    Hoogte tot:75 cm
    Latijns/wetenschappelijke naam:Dahlia



De standplaats van de Anemoonbloemige dahlia

Anemoonbloemige dahlia’s hebben een warme, zonnige standplaats nodig en voedsel-en humusrijke grond. In combinaties met vaste planten komen deze dahlia’s het mooist uit als ze in het midden of op de voorgrond staan. In een landelijke tuin zorgen de kleurrijke bloemen van deze dahlia’s voor een vrolijke noot. Een beplanting langs het tuinpad zorgt tot in het najaar voor kleur en fleur. Hiervoor zijn vooral de lage rassen geschikt. Een snijbloemenbed is de juiste plaats voor snij dahlia’s. In kuipen en bakken gedijen anemoonbloemige dahlia’s eveneens goed. Kies in dat geval bij voorkeur lage rassen.



Onderhoud het jaar rond

Voorjaar Zomer Najaar
Plant de knollen pas in de tweede helft van mei. Overwinterde knollen kunt u naar behoefte delen. Dahlia’s bloeien eerder als u de knollen binnenshuis in potten voorkweekt en vanaf half mei in de tuin plant. Dahlia’s regelmatig gieten en tot de knopvorming om de vier weken vloeibare mest geven. Snij uitgebloeide bloemen af om de ontwikkeling van nieuwe te bevorderen. Snij de scheuten terug, rooi de knollen en laat ze drogen. Koel, donker en droog in turf opslaan.
Tips bij het kopen Tips van de prof Licht en grond Problemen
Koop in het voorjaar vlezige, gezonde dahliaknollen. Bekijk ze goed en kies uitsluitend knollen die een aantal ogen hebben. Koop nooit zachte, rottende of verschrompelde knollen. Neem ook geen knollen die al uitlopen. Top de planten als ze 10-15 cm hoog zijn. Dit bevordert het vertakken. Voorkom rotting bij opgeslagen knollen. Rooi deze alleen bij droog weer en laat ze enkele dagen in de schaduw drogen. Dan voor de winter opslaan. Volle zon. De planten hebben veel warmte nodig. Ochtendzon is bijzonder belangrijk voor het drogen van de bladeren. Dit voorkomt ziekten. Doorlatende, voedselrijke grond. Verbeter deze met veel compost. Zwarte bonenbladluizen zitten vaak op de stengel-toppen en de onderkant van de bladeren. Deze laten dan misvormingen zien en gaan verkleven. Bespuit de planten met een oplossing van zachte zeep en spiritus of met een middel op basis van vetzuren.