Als parapluutjes staan de geurende bloeiwijzen van duizendschoon aan het uiteinde van de stengels. 2e lijken maar weinig op de overige soorten van het geslacht Dianthus. Afwijkend zijn ook de brede, lancetvormige bladeren. De meeste rassen zijn tweejarig en vormen in het zaai jaar alleen een bladrozet. In het jaar erna komen vanaf juni de bloemen te voorschijn. Er zijn ook snel groeiende eenjarige rassen, die al in juni bloeien.
Tot de tweejarige, enkelvoudig bloeiende rassen behoren de 50-60 cm hoge ‘Albus’ (zuiverwit), ‘Atrosanguineus’ (donkerpaars), ‘Heimatland’ (donkerrood met een wit hart), ‘Newport Pink’ (donkere zalmkleur), ‘Oculatus marginatus’ (steenrood met een witte rand), ‘Pink Beauty’ (zalmroze) en ‘Scarlet Beauty’ (scharlakenrood). Eveneens enkelvoudig bloeien de planten van het ‘Messenger’ mengsel. Ze worden 50-60 cm hoog en bloeien over het algemeen drie tot vier weken vroeger dan de meeste andere rassen. Van de overige bont bloeiende mengsels mag vooral ‘Indian Carpet’ niet onvermeld blijven, met planten die slechts 25 cm hoog worden.
Tweejarige, gevuld bloeiende rassen worden ongeveer 50 cm hoog en zijn eveneens in diverse mengsels verkrijgbaar. Daarvan zijn ondermeer ‘Super Duplex’ en ‘Barbarella’ aan te bevelen.
Tot de eenjarige rassen behoren de scharlakenrode ‘Red Empress’(40 cm). De planten van de ‘Hollandia’ serie bloeien wit, roze en rood en zijn ook als mix verkrijgbaar (60 cm). In dezelfde kleuren bloeit het ‘Wee Willie’ mengsel (15 cm).
 |
Eigenschappen
Soort:
Bloeiperiode:
Bijzonderheden:
Standplaats:
Grond:
Hoogte tot:
Latijns/wetenschappelijke naam:
|
De standplaats van de Duizendschoon
Een landelijke tuin zonder vrolijk gekleurde duizendschoon is nauwelijks denkbaar. In borders zorgen ze, in groepjes geplant, voor levendige kleuren. Nog voor ze bloeien kunnen de bladeren de open plekken opvullen. Laagblijvende rassen, bijvoorbeeld de mengsels van ‘Indian Carpet’ en ‘Wee Willie’, zijn geschikt als omlijsting van paden, maar ze doen het ook goed in de rotstuin en in kuipen en schalen.
Onderhoud het jaar rond
| Voorjaar | Zomer | Najaar |
| Zaai eenjarige rassen in maart binnenshuis in een opkweekbak bij een temperatuur van 15-20°C. Na het kiemen uitdunnen en op een koelere plaats zetten. Na half mei buiten planten. | Tweejarige rassen in juni onder plat glas zaaien. Na het kiemen moet u de planten die te dicht bij elkaar staan uitdunnen. In augustus op de definitieve plaats planten. | Uitgebloeide planten van het vorige jaar na de eerste vorst uittrekken. Eventueel het zaad verzamelen en laten drogen. Jonge planten met behulp van dennentakken tegen vorst beschermen. |
| Tips bij het kopen | Tips van de prof | Licht en grond | Problemen |
| Koop zaad of compacte, gezonde, jonge planten. Let erop dat ras, hoogte en kleur zijn vermeld. Planten in bakken van zes zijn meestal voordeliger. Koop nooit planten die gele bladeren hebben of al beginnen te bloeien. | Enkelvoudig bloeiende duizendschoon kunt u zelf vermeerderen: laat na de bloei het zaad rijpen. Snij de vruchtgroepen af en laat ze twee dagen drogen. Het zaad in een envelop bewaren en het ras erop vermelden. | Volle zon. Duizendschoon moet op een zonnige standplaats worden geplant. Doorlatende grond. Ideaal is een zandhoudende kleigrond waar regelmatig compost doorheen gemengd wordt. Zure grond heeft jaarlijks wat kalk nodig. | Roest op duizendschoon wordt door schimmels veroorzaakt, die op de onderkant van de bladeren roestbruine, later zwartbruine sporen vormen. Op de bovenkant ontstaan gelige vlekken. Vochtig weer en slecht doorlatende grond bevorderen de ziekte. |
