Elektriciteit, bedrading en kleurcodes, bij het aanleggen en gebruiken van de elektrische bedrading wordt gebruik gemaakt van installatiedraden, kabels en snoeren. Installatiedraden bestaan uit een massief koperen kern met een doorsnede-oppervlak van 1,5 tot 4 mm2, met daaromheen een isolatielaag van vinyl (VD-draad).

Elektriciteit, bedrading en kleurcodes

VD-draad met nieuwe kleurcode: Groen/geel (aarde) – Bruin ( fase, spanningvoerend) –
Blauw (nulleider) –
Zwart (schakeldraad)

Dit vrij stugge materiaal is te koop in lengtes tot 100 m en heeft een kleur volgens in de voorschriften vastgelegde code. De draden moeten altijd in buizen worden aangebracht. In oudere huizen komt men nog ijzeren buizen tegen, maar tegenwoordig wordt alleen nog buis van PVC gebruikt, met hulpstukken zoals moffen en bochten. De diameter van de buis is 16 mm of 19 mm. De buizen, vormen de vaste elektriciteitsleidingen. Ze worden meestal in de muur weggewerkt, maar in bergingen en dergelijke worden ze ook wel gewoon op de wand bevestigd.

Een andere manier om een vaste leiding aan te brengen is met behulp van kabels. Een veelgebruikte kabel is de VMvK-kabel, een kabel met een vinylmantel en vinylisolatie rond de koperen kern. Ze worden vaak gebruikt voor buitenlampen en voor lichtpunten in bergingen en garages. Dit type kabel moet zichtbaar en bereikbaar blijven. Voor een ondergrondse leiding dient u een speciale kabel te gebruiken, die beschermd is tegen beschadigingen: de VMvk-as-kabel (Vinyl Mantel vinyl kabel met aardingsscherm). Ze zijn verkrijgbaar in een twee- of een meeraderige uitvoering.

Elektriciteit, bedrading en kleurcodes

VMvK-as kabel

Ten slotte zijn er de elektrische snoeren. Zij vormen de uiteindelijke verbindingen met elektrische apparaten zoals televisie, stofzuiger, radio, enzovoort. Om een grote afstand tussen stopcontact en elektrisch apparaat te overbruggen, wordt het verlengsnoer gebruikt. Al deze snoeren zijn twee-aderig (of drie-aderig voor geaarde toestellen). De koperen kern bij snoeren bestaat uit een serie dunne draadjes en niet uit een vaste koperen kern, waardoor het snoer soepeler is. Het doorsnede-oppervlak van de kern is 0,75 mm2, met een maximale belasting van 6 ampère, ofwel 1380 watt. Snoeren moeten altijd dubbel geïsoleerd zijn. Dat wil zeggen dat de koperen kernen afzonderlijk geïsoleerd zijn en deze geïsoleerde draden gezamenlijk weer een isolatiemantel hebben.

Het kan handig zijn om verlengsnoeren te voorzien van een tafelcontactdoos. Let u er wel op dat de maximale belasting van het verlengsnoer niet wordt overschreden. Dit geldt ook voor kabelhaspels. Op de buitenkant van de haspel staan twee maximale waarden vermeld. Wanneer de kabel grotendeels is opgerold, is de toelaatbare belasting lager dan wanneer de kabel helemaal is uitgerold. De warmte-ontwikkeling bij een opgerolde kabel kan namelijk zo groot zijn dat de isolatiemantel om de draad kan gaan smelten.

Kleurencodes
In Nederland is de kleurencode van elektriciteitsdraden in de jaren ’70 aangepast. Voor die tijd golden andere kleuren, die in oudere woningen nog wel voorkomen. Bij de oude kleurcode was de kans op misverstand vrij groot: groen was de kleur voor de (gevaarlijke) fasedraad, rood de kleur voor de (veilige) afvoer- of nuldraad, en grijs werd gebruikt als aarde draad. Een merkwaardige kleurencode dus, die vaak aanleiding was voor verwisseling van de draden.

Elektriciteit, bedrading en kleurcodes 2

VD-draad met oude kleurcode: Grijs (aarde) – Groen ( fase, spanningvoerend) – Rood (nulleider) – Zwart (schakeldraad)