De benaming dreentegel geeft de voornaamste eigenschap aan, door de samenstelling met korrelbeton zijn de tegels poreus. Bovendien zijn ze slijtvast en sterk anti-slip. De tegels zijn aan de zij- en onderkant gesleufd, waardoor het door de tegel gedraineerde regenwater via de ondergrond (die op afschot moet liggen) naar het laagste punt wordt afgevoerd.
Meestal ligt het platte dak op afschot (naar de hemelwaterafvoeren), maar indien u dit soort tegels op een terras (in een zandbed) wilt leggen, is het raadzaam een afschot aan te houden. Naast de ‘echte’ draineertegels kunt u ook gewone betontegels gebruiken die op zogenaamde tegeldragers worden gelegd, waardoor ze vrij van de ondergrond liggen. Deze tegeldragers zijn gemaakt van kunststof (PVC) of rubber. Dit laatste is beter geluidsisolerend en wordt minder snel hard bij vorst, waardoor de kans op breuk tijdens het belopen geringer is.
Als tegeldragers op een dakterras worden toegepast, wordt bij het belopen de druk op de dakbedekking verdeeld, waardoor beschadiging wordt voorkomen. Maar het is raadzaam onder de tegeldrager een stukje bitumineuze dakbedekking te leggen om de dakvloer niet te beschadigen.De dragers hebben stelpoten, zodat de tegels waterpas gelegd kunnen worden. Ook bij dreentegels wordt de druk enigszins verdeeld door de sleuven aan de onderzijde.
