Niets is zo uitnodigend als de natuurlijke uitstraling van een echte houten vloer. Het ziet er warm en zacht uit en toch is het praktisch en duurzaam. Een houten vloer verhoogt de sfeer in ieder huis.

Er zijn twee manieren om een houten vloer te realiseren. Als de vloer in uw huis al van hout is, dan kunt u hem afkrabben en de delen schuren, opknappen en lakken; of u legt parket op de bestaande ondergrond; het maakt niet uit of dat een vloer is van vloerdelen, spaanplaat, multiplex, steen of beton.

Beide manieren leveren een slijtvaste vloer op die prachtig is om te zien en gemakkelijk schoon te houden. U kunt het hout nog verfraaien door het te beitsen, of er met sjablonen speciale effecten op aan te brengen of door er kleurige kleden op te leggen, bij voorkeur met een anti slip rug, waarvoor het gladde hout een natuurlijke ondergrond is.

Parket met de bijbehorende lijm en het benodigde gereedschap kunt u kopen in Doe-Het-Zelf-zaken, in warenhuizen met een grote afdeling voor vloerbedekking of in speciaalzaken. Behalve voor panden, mozaïektegels of korte stroken, die moeilijk te krijgen zijn en nog moeilijker te leggen, is er voor elke soort houten vloer een montage instructie.

Houten vloeren

De vier voornaamste soorten parket zijn: strokenparket, panelen met korte stroken, mozaïektegels en een vloer van kurk/hout.

Strokenparket

Dit zijn zeer gladde vloerdelen die dicht op elkaar liggen. Ze zijn er in allerlei houtsoorten, zowel zachthout (grenen, sparren en berkenhout) als kleurig hardhout (kerse en eikenhout, essen , beuken en esdoornhout). Alle delen hebben een messing en groef waarmee zij stevig tegen elkaar gedrukt kunnen worden.

De dikte van het hout varieert van ongeveer 9 mm tot 22 mm. Soms zijn de stroken van massief hout, zoals vloerdelen; soms zijn ze gelamineerd waarbij een dunne slijtvaste toplaag is aangebracht op een dikkere samengestelde laag zachthout. Hierdoor is het hout steviger en zal het minder snel uitzetten en krimpen. Er zijn ook houten stroken met een slijtvaste laag van melamine.

U kunt alle types en diktes leggen op een bestaande vloer. Meestal worden de stroken op een speciale zachte, vochtwerende ondervloer gelegd en aan elkaar bevestigd met spijkertjes of lijm; ze worden nooit aan de vloer eronder gelijmd of geschroefd. Dit wordt een zwevende vloer genoemd. Het is belangrijk dat u langs alle randen van de vloer ruimte laat voor het uitzetten, deze ruimte dekt u af met plinten.

De dikste soorten zijn geschikt om bestaande houten vloerdelen te vervangen. U bevestigt ieder vloerdeel aan de dwarsbalken met spijkertjes die u voorzichtig door de messing slaat zodat de spijkerkoppen onzichtbaar zijn.

Panelen met korte stroken

Dit soort parket wordt meestal op een bestaande massieve vloer gelegd. Ieder rechthoekig houten paneel is gewoonlijk tussen de 25 mm en 50 mm dik en wordt in een visgraatpatroon gelegd en vastgezet met mastieklijm.

Zo’n vloer leggen is werk voor de vakman, maar bestaand dik parket met visgraatpatroon kunt u wel schuren en opnieuw lakken op dezelfde wijze als oude vloerdelen.

Mozaïektegels

Deze vloer bestaat uit tegels voorzien van messing en groef, die gemaakt zijn van smalle stroken hout. De tegel is verdeeld in vier vierkanten die bestaan uit vier of vijf stroken die met draad of met lijm aan elkaar bevestigd zijn en op een ondergrond van gaas vastzitten. De stroken van de vier vierkantjes liggen haaks op elkaar, zodat ze op de vloer een mozaïekpatroon vormen.

Lijm de mozaïektegels op de ondervloer met speciale lijm; door de constructie zijn de tegels een beetje buigzaam, dus goed geschikt voor licht oneffen oppervlakken. Soms zijn de tegels zelfklevend.

Een vloer van kurk/hout

Dit is een ander soort strokenvloer. Het bestaat uit kurk op een onderlaag van kunststof afgewerkt met een dun laagje houtfineer dat op zijn beurt weer bedekt is met slijtvaste, doorzichtige kunststof. Het ziet eruit als een houten vloer, maar door de kurk is het geluiddempender, zachter en warmer aan de voeten. Een vloer van kurk/hout wordt met lijm bevestigd.

De ondervloer geschikt maken

Als u een houten vloer wilt leggen, moet de ondervloer droog, vlak en waterpas zijn. Bekijk de bestaande vloer kritisch om te bepalen wat er gedaan moet worden, voordat de nieuwe houten vloer gelegd kan worden.

Vochtige vloeren van beton, steen of tegels moeten behandeld worden met een vochtwerend middel. Als het probleem ernstig is, moet de vloer verwijderd en opnieuw aangebracht worden.

Massieve vloeren die niet vlak zijn, kunt u vlak maken door een egalisatie-middel aan te brengen. Hierdoor komt het oppervlak van de vloer echter wel hoger te liggen en dit kan betekenen dat de deuren opnieuw afgehangen moeten worden. U krijgt het mooiste resultaat als u de plinten verwijdert en ze weer aanbrengt als de nieuwe vloer ligt.

Zwevende vloeren vloerdelen of platen van spaanplaat in moderne huizen -horen geen vochtprobleem op te leveren, maar ze zijn vaak niet vlak. Meestal kunt u dit oplossen door platen hardboard op de bestaande vloer te spijkeren voordat u de nieuwe houten vloer gaat leggen. Als de vloer erg ongelijkmatig is, is het misschien beter platen van spaanplaat of multiplex te gebruiken in plaats van hardboard. Ook dit kan problemen opleveren bij de deuropeningen, maar meestal kunt u de plinten wel op hun plaats laten.

Bestaande vloerdelen

Als er in uw huis al vloerdelen liggen van natuurlijk zachthout, waarom zou u dan verder kijken om te kunnen genieten van een houten vloer? Helaas is de conditie van de vloerdelen vaak een probleem. Vaak zitten er kieren tussen de delen, waarin zich vuil verzamelt en waardoor het kan tochten. De delen kunnen gespleten, kromgetrokken of gerot zijn en er kunnen diepe spijkergaten in zitten. Soms zijn de vloerbalken verzwakt door houtworm of rot.

Als u houtworm of rot ontdekt, moeten er altijd eerst herstelwerkzaamheden verricht worden, o.a. spuiten met een chemisch middel en beschadigd hout vervangen; dit is nodig voor iedere soort vloer die u wilt leggen. Als u de vloerdelen in het zicht wilt laten, dan kan het zijn dat sommige of alle planken ernstig gerot zijn of aangetast door houtworm en dus vervangen moeten worden. De meeste andere mankementen kunnen verholpen worden.

Kieren

Hier en daar een smalle spleet tussen de delen kunt u opvullen met houtvuller, gebeitst papiermaché of houtstrookjes die u pas maakt, vastlijmt en vlak schaaft tot ze gelijk liggen met de omliggende vloerdelen.

Met grotere spleten of kieren tussen alle delen ligt het moeilijker. Vaak kunt u het beste de hele vloer opnemen en opnieuw leggen. Met een vloeraandrijver of met houten wiggen worden de delen tegen elkaar geduwd totdat ze vastgespijkerd zijn. Aan het eind houdt u dan een brede spleet over die u opvult met een extra pasge-maakt deel.

Kromgetrokken delen

In de loop van de tijd kunnen vloerdelen kromtrekken; de lange zijden krullen dan op. Een industriële schuurmachine is de ideale manier om dit op te lossen. Als u diagonaal over de vloer gaat met grof schuurpapier zijn de omhoog gekomen randen gauw verdwenen. Beschadigde delen U kunt afzonderlijke delen vervangen, maar het kan gebeuren dat moderne delen een afwijkende maat hebben ten opzichte van de oude delen. Dan zult u ze aan moeten passen of een stukje van het deel of de balk weg moeten nemen.

Loszittende delen

Als spijkers los zitten, kunt u ze het best vervangen door schroeven waardoor het deel vastkomt te zitten en niet meer kraakt. Uitstekende spijkers worden met een drevel diep in het hout geslagen en gaten van spijkers of schroeven moeten gevuld worden voordat u gaat schuren.

Geschilderde of geboende delen

Als de delen jarenlang geschilderd of met boenwas behandeld zijn en vuil zich heeft opgehoopt, dan kunt u ze beter schoonmaken voordat u ze kaal maakt. Met staalwol en spiritus verwijdert u een waslaag of een laag vuil. Met een industriële schuurmachine en eerst middelfijn schuurpapier, gevolgd door fijn schuurpapier, bewerkt u de delen in de lengterichting, waardoor het hout glad en schoon wordt. Aan de randen zult u met de hand moeten schuren.

Een beschermende laklaag

Als de kieren gevuld zijn en de vloer gerepareerd en geschuurd is, moeten er minstens drie lagen polyurethaan-vloerlak worden aangebracht. Deze lak op waterbasis ruikt minder sterk en droogt sneller dan die op basis van oplosmiddelen.

Het onderhoud van houten vloeren

Alle soorten houten vloeren, van parket tot vloerdelen, worden donkerder naarmate ze ouder worden, zeker in het daglicht. Na een tijdje wordt het effect van ontelbare voetstappen merkbaar en de vloer die eens zo prachtig glansde, krijgt een dof uiterlijk. Om uw vloer mooi te houden, moet de laklaag regelmatig bijgewerkt en de vloer schoongemaakt worden.

  • Bewerk kale vloerdelen en onbewerkt hout met polyurethaan-vloerlak. Zelfs als het gelakt is, is hout niet de meest geschikte vloerafwerking voor natte badkamers en ook niet voor de hal bij de voordeur, waar veel vuil naar binnen komt. Geef de houten vloer in de keuken een extra laklaag om te voorkomen dat er water in de naden komt.
  • Als de houten vloer eenmaal ligt, veeg hem dan iedere dag.
  • Neem gemorste vloeistof meteen op met een vochtige doek.
  • Bevestig viltdoppen onder de tafel- en stoelpoten om de vloer te beschermen. U kunt die in Doe-Het-Zelf-zaken kopen.
  • Ieg matten bij een buitendeur om te voorkomen dat vuil naar binnen gelopen wordt.

Effecten met verf

Kale houten delen met een eenvoudige laag transparante vloerlak zien er op zich al heel aantrekkelijk uit, maar als u na het slopende schuren en lakken de energie en het enthousiasme nog kunt opbrengen, waarom verfraait u uw houten vloer dan niet met een rand sjabloonmotieven? Een kleurig, geschilderd patroon in de vorm van een kleed in het midden van de vloer geeft onmiddellijk stof tot praten, terwijl eenvoudige gekleurde strepen die passen bij de inrichting van de kamer het interieur interessanter maken.

Als de vloer niet helemaal perfect is, leidt een verflaagje in een contrasterende of harmoniërende tint de aandacht af van de onvolkomenheden, al moet u ze wel herstellen voordat u de verf aanbrengt. Als de vloer geschilderd is, verdient het aanbeveling nog een of twee keer vloerlak aan te brengen voor een slijtvaste laag.