Een goede verzorging in de zomer is onvoldoende om vorstschade te voorkomen. Neem al in het najaar beschermende maatregelen, vooral houtige gewassen moet u in de winter beschermen.
Schade door vorst
Houtige gewassen kunnen bij vorst doodvriezen. Hierbij barsten de celwanden, omdat het sap in de cellen bij temperaturen ver onder nul bevriest en uitzet. De vorstgevoeligheid van houtige gewassen wordt door vele factoren bepaald: soort en ras, de ouderdom (jonge gewassen zijn in principe vorstgevoeliger dan oudere gewassen), het klimaat (bij langzaam dalende temperaturen trotseren planten meer graden onder nul dan bij plotseling optredende strenge vorst) en de bemesting (als houtige gewassen vanaf juni nog stikstof krijgen, wordt de groei gestimuleerd en verhouten de scheuten niet voldoende). Daar komt nog bij dat wortels gevoeliger zijn dan bovengrondse scheuten.
Houtige gewassen kunnen bij vorst ook uitdrogen. Dit gebeurt vooral bij altijd groene planten, die ook ’s winters via hun bladeren vocht verdampen. Is de bodem tot op enige diepte bevroren terwijl bovengrondse scheuten aan zon en uitdrogende wind zijn blootgesteld, dan kunnen de planten geen vocht meer uit de grond halen en drogen ze uit. Geef altijd groene houtige gewassen daarom in de winter regelmatig een royale gietbeurt, zodra de grond vorstvrij is.
Schade door pekel
Houtige gewassen, vooral heggen, in de nabijheid van wegen waarop ’s winters zout wordt gestrooid, lopen snel schade op. Eerst gaan de bladranden verkleuren. Ze worden bruin en daarna verkleuren ze naar binnen toe geel. Omdat de plant slechts via groene delen tot fotosynthese in staat is, ondervindt zij een beperking in de stofwisseling en wordt zwakker. Langzamerhand kunnen delen van de plant afsterven.
Schade door sneeuw
Natte sneeuw is zwaar en kan bij houtige gewassen breukschade tot gevolg hebben. Bijzonder bedreigd zijn altijd groene planten, waarop de sneeuw soms in dikke lagen op de bladeren blijft liggen.
Zelfs een geringe hoeveelheid sneeuw kan bij altijd groene houtige gewassen schade aan de vorm toebrengen. Bescherm zuil en kegelvormige houtige gewassen daarom door er een brede band omheen te wikkelen. Verder kunt u schade voorkomen door regelmatig de sneeuw af te kloppen.
Vorstschade voorkomen, beschermen
- Afdekken: Verdeel in het najaar compost onder houtige gewassen met daaroverheen een tot 15 cm dikke laag bladeren. Zo beschermt u de wortels.
- Omwikkelen: Bescherm altijd en zomergroene heesters en bomen in sneeuwrijke streken tegen breukschade met lang, zacht band.
- Folie aanbrengen: Bescherm heggen naast gestrooide wegen vanaf de wortels tot 1,5 m hoogte met vaste folie, tegen zout en opspattend water.
- Inpakken: Pak vorstgevoelige houtige gewassen uit warme streken in met stro en bekleed het geheel met jute, rietmatten of bubbelplastic.
- Gieten: Geef altijdgroene houtige gewassen na een langere vorst- of sneeuwperiode water, zodra de grond is ontdooid.
- Sneeuw verwijderen: Klop de sneeuw regelmatig van de houtige gewassen af, zodat deze geen breukschade oplopen.
- Overkappen: Bescherm solitair staande rhododendrons tegen zon, wind en sneeuw, bijvoorbeeld met een overkapping.
Vorstschade voorkomen, verzorging
Als u vreest dat houtige gewassen doodgevroren zijn omdat ze in het voorjaar niet uitlopen, krab dan met de vingernagel aan de schors. Ontdekt u direct daaronder groen weefsel, dan zijn de scheuten nog in leven. Snoei kale scheuten nooit overhaast weg. Begin in het voorjaar pas te snoeien als de knoppen op de scheuten beginnen uit te lopen.
Scheuten waaraan zich geen knoppen ontwikkelen terwijl andere al uitlopen, zijn doodgevroren. Snoei deze kale, donkerbruine delen terug tot in het levende, lichte hout. Wacht in ieder geval met het verwijderen van hele planten tot het volgende voorjaar. Vaak lopen houtige gewassen alsnog uit.