Elektriciteit, het leggen van leidingen. Voor het aanleggen van vaste leidingen in huis wordt gebruik gemaakt van kunststof elektriciteitsbuis met een diameter van ongeveer 16 of 19 mm. Hulpstukken daarbij zijn ‘sokken’ (verbindingsstuk tussen twee buisdelen), bochten en lasdozen.
Bochten voor de elektriciteitsbuis zijn evenals andere hulpstukken in de winkel te koop. U kunt ze echter ook zelf maken van een recht stuk buis, met behulp van een buisveer. Deze steekt u in de buis en vervolgens buigt u de buis voorzichtig over de knie. Zonder veer gaat de buis onherroepelijk scheuren of hij slaat dicht. De veer zult u moeten kopen of huren. Geprefabriceerde bochten zijn overigens meestal netter dan zelf gebogen bochten.
Wanneer u veel bochten nodig hebt, kunt u overwegen om te werken met een flexibele buis. Deze is opgerold verkrijgbaar tot een lengte van 100 m. Wat wel een nadeel van flexibele buis, is dat de trekveer/draden vaak blijven stekken achter het ribbelprofiel van de buis. Nog een nadeel van deze buis is bij bevestiging op de wand heeft u meer zadels nodig. Een flexibele buis zal namelijk eerder gaan doorhangen en daarom moeten de zadels dichter bij elkaar komen. Dat geldt natuurlijk niet voor in de muur weggewerkte buizen.
Hostalit buis(grijs) is een slagvaste buis, vaak toegepast in schuren, garages, kleders enz.
Om leidingen te bevestigen, maakt u gebruik van zadels of beugel. Bij horizontale leidingen bevestigt u de zadels om de 30 cm. Bij verticale leidingen mag de afstand wat groter zijn: ongeveer 40 cm. De afstand van de zadels tot de hulpstukken, dus ook de sokken, mag niet groter zijn dan 10 cm.
De leidingen moet u precies verticaal en horizontaal aanbrengen. Daarbij kunt u het beste gebruik maken van hulplijnen, die u eventueel met waterpas en schietlood uitzet. Na het aanbrengen van maximaal 3 bochten moet u een doos aanbrengen om het trekken van de draden te vereenvoudigen. Hiervoor zijn speciale lasdozen (trekdozen; deze onderbreken de PVC-buis) in de handel. Bij het samenstellen van elektriciteitsleidingen moet u elk stuk buis tevoren precies opmeten. De buis is gemakkelijk door te zagen met een juniorzaag, maar er zijn ook speciale tangen voor. Met een vijl of een stukje schuurpapier haalt u de bramen weg.
In de wand
Vaak is het mooier om leidingen in de muur weg te werken. Daarvoor maakt u met een frees sleuven van ongeveer 2,5 cm diepte. Een frees kunt u eventueel huren. Na het installeren van de buizen wordt de sleuf met mortel gedicht.
De schakelaars en stopcontacten worden in een inbouwdoos gemonteerd. Met inbouwmateriaal heeft u wat de doos betreft twee mogelijkheden: met of zonder lasruimte. Inbouwdozen zonder lasruimte zijn minder diep en er mogen dan ook geen lassen in worden gemaakt. Bij de aanschaf van de lasdozen moet u daarmee dus rekening houden. Ook moet u rekening houden met wat er in de doos gaat worden gemonteerd, een dimmer heeft namelijk meer ruimte nodig dan een schakelaar.