Een potlood is een in hout gevatte grafietstift. Potloden worden ingedeeld in verschillende hardheden die zijn aangegeven met de letters H (hard) en B (zacht). De harde stiften (H, 2H t/m 9H) zijn geschikt voor dunne lijnen in technisch tekenwerk op calqueerpapier.
De middensoort (HB) voor het gewone teken- en schrijfwerk en de zachtere stiften (B, 2B t/m 6B) voor echte tekeningen en schetsen. De lijn van een zachte potloodstift is te herkennen aan de dikte en aan het gemakkelijk uitvlekken. De grafietstift in het potlood is dikker naarmate de zachtheid groter is; dit is een beveiliging tegen breuk. De dikke, krachtige lijn van een zachte stift is bij uitstek geschikt voor schetstekeningen, portretten, landschappen e.d. Fijne, sterk gedetailleerde onderwerpen zoals planten, bloemen, insecten enz. vragen een wat harder stift. Potloodtekeningen die bewaard blijven moeten met fixeer behandeld worden.
