Het enorme aanbod aan boormachines kan in principe teruggebracht worden tot drie types: Accuboormachines (1) kunnen onafhankelijk van het elektriciteitsnet gebruikt worden. Ze hebben echter minder vermogen dan de slagboormachines (2). Grotere gaten in tegels en beton zijn alleen met apparaten met een vermogen vanaf 500-600 watt mogelijk. Boorhamers (3) zijn ware werkpaarden. Daarmee kom je spelenderwijs door beton heen.

Een accuboormachine is oplaadbaar en heeft geen snoer. Ook voor het in- en uitdraaien van schroeven is deze machine prima bruikbaar.

Met een gewone slagboormachine kunt u in hout, steen en metaal boren. Een boorhamer gebruikt u voor hardere steensoorten.

Voor het boren in beton is de boorhamer geschikt. Deze machine gaat snel door het hardste beton, maar is helaas nogal duur in aanschaf. Bovendien kunt u hem eigenlijk niet gebruiken voor het boren in hout en metaal.

Alle boormachines worden in praktisch alle gevallen in zgn. dubbele isolatie uitgevoerd; dat betekent dat bij kortsluiting in de machine zelf of bij ‘aanboren’ van een elektrische leiding in de muur geen stroom op het machinehuis (het omhulsel van de machine) kan komen. Dubbel geïsoleerde boormachines worden dan ook met een twee-aderig snoer (zonder randaarde) aangesloten. De snoeren van boormachines zijn van een zgn. aangegoten stekker voorzien.

Er is aanzienlijk verschil in de technische uitvoering van boormachines. In de eerste plaats is het vermogen van belang; het op het typeplaatje van de machine vermelde vermogen (in Watts) betreft het opgenomen vermogen, dus wat de machine aan elektriciteit opneemt uit het net. Hoe groter het vermogen is, hoe krachtiger de machine, en hoe zwaarder werk ermee gedaan kan worden.

De moderne boormachine is zeer veelzijdig. Ook bij betrekkelijk hoge vermogens is het totaalge-wicht van de machine vrij laag. Vele machines zijn uitgerust met een mechaniek (tandwielkast) waarmee twee (basis)snelheden kunnen worden ingesteld. De traploos regelbare boormachine kan door middel van een speciale schakeling, meestal opgenomen in de aan/uit schakelaar, van stilstand tot maximum toerental worden ingesteld. Daardoor kan de snelheid van de machine worden aangepast aan het werk. Voor boren in metalen is een lage snelheid vereist, voor frezen, aandrijven van een circelzaaghulpstuk en allerlei andere bewerkingen daarentegen is juist een zo hoog mogelijke snelheid gewenst. Enkele types boormachines zijn voorzien van een inrichting die het mogelijk maakt om behalve rechtsom (de normale beweging) ook linksom te draaien. Dergelijke omkeerbare boormachines worden ook wel ‘boorschroefma-chines’ genoemd. Daarmee kunnen schroeven zowel in- als uitgedraaid worden, wanneer in de boorkop een zgn. schroeve-draaierbit wordt gemonteerd. Ook het tappen van schroefdraad is met een dergelijke machine mogelijk.

Boormachines kunnen behalve voor het boren ook voor talrijke andere werkzaamheden worden gebruikt, indien de daarvoor benodigde accessoires en hulpstukken worden toegepast. Er zijn talloze soorten verkrijgbaar, zoals schuurschijf, staalborstel, polijst-vacht enz.

Onder de hulpstukken zijn vlak-schuurapparaten, cirkelzaag-hulpstukken, freesapparaten, decoupeerzagen enz. bekende verschijningen. Elke fabrikant heeft wat dat betreft zijn eigen programma.

Sommige hulpstukken (en nagenoeg alle accessoires) zijn universeel; dat wil zeggen dat ze op elke boormachine kunnen worden aangesloten. Andere zijn alleen bruikbaar op een boormachine van hetzelfde merk, of door middel van een zgn. adapter (ver-loopaansluitstuk) op een machine van een ander merk te koppelen.

Boorkoppen

De boorkop capaciteit wordt uitgedrukt in millimeters; gangbaar zijn boorkoppen (ook boorhouders genoemd) van 8,10 en 13 mm. Het betekent dat boren en andere accessoires met een overeenkomstige maximum diameter kunnen worden ingespannen.

Boormachine 1

Voor de klusser bestaan er twee verschillende boorkoppen. Het oudere type is simpel van uitvoering en wordt met een speciale sleutel vastgedraaid. Bij de zogenoemde snelspankoppen heeft u geen sleutel nodig. Het voorste deel kan gedraaid worden zodat de boorkop zo ver wordt geopend dat de boor er gemakkelijk in kan worden gezet. Om de boor vast te draaien, houdt u het achterste deel vast en draait u het voorste deel weer dicht.

Boormachine 2

Naast de conventionele boorkoppen bestaan er voor professionele machines ook speciale koppen voor boren met een SDS Plus uiteinde.

Boren

Boormachine 3

Er bestaan verschillende soorten boren voor de boormachine. Welke boor u moet gebruiken, hangt af van het materiaal waarin u gaat boren. Voor de meeste klussers bestaan er maar drie verschillende soorten boren: steen-, hout- en metaalboren.

Bij steenboren (1) is de punt wat breder dan de cilindrische schacht.

Houtboren (2) hebben een centreerpunt.

Metaalboren (3) zijn geheel cilindrisch van vorm.

Hulpstukken

Boormachine 4

Met de juiste hulpstukken kunt u met uw boormachine schuren, polijsten, gaten zagen of roest verwijderen, verf mengen of mortel omroeren. Ook bestaat er ook nog een flexibele verleng-as.

Tip: Heel handig als u boven uw hoofd moet werken: een stofvanger, die gecombineerd kan worden met steenboren van 4 tot 10 mm, vangt het gruis uit het boorgat op. Zo wordt vooral het voor stof gevoelige lager van de boormachine effectief beschermd.

Veilig werken met een boormachine:

  • Haal de stekker uit het stopcontact als u de boor onbewaakt achterlaat of als u hulpstukken verwisselt.
  • Controleer vóór het boren of er op de boorplek geen elektriciteits-, gas- of waterleidingen in de muur verborgen zitten (gebruik een metaaldetector).
  • Draag oordoppen, een veiligheidsbril en eventueel een stofmasker als u met een klopboor gaat werken.
  • Klem het materiaal waarin u gaat boren zo nodig vast, zodat u de boormachine met beide handen kunt vasthouden.
  • Voorkom dat uw haar in de boor verstrikt raakt. Hetzelfde geldt voor kledingstukken.
  • De boormachine zelf mag niet vochtig zijn en ook niet in een vochtige omgeving gebruikt worden.
  • Laat reparaties aan elektrische apparaten altijd aan uw vakman over.