De verschillen tussen de afzonderlijke peen of wortel-rassen hebben te maken met de vorm en de kleuring van de wortels en de duur van de teelt of het tijdstip van oogsten.

Lange peentjes hebben een kenmerkende, spits toelopende vorm. Ze hebben een iets langere groeitijd en zijn wat zoeter dan de kortere rassen. U teelt ze bij voorkeur in rijen. De nieuwe kweekvormen hebben over het algemeen stompe punten en een mals hart. Rassen met korte, ronde penen zijn vooral geschikt voor vroege teelten. Ze hebben minder tijd nodig om volledig rijp te worden en gedijen ook in bakken. U kunt peentjes in een vroeg stadium oogsten. Maar ze zijn zoeter en bevatten meer vitaminen en mineralen als ze volledig rijp zijn.

Wetenswaardig: Harige wortels zijn een symptoom voor te voedselrijke grond. Gebruik bij voorkeur geen mest met een hoog gehalte aan stikstof. Gevorkte peentjes zijn het gevolg van stenen of grondkluiten. Bereid een bed voor peentjes goed voor en verwijder daarbij stenen en kluiten. Maak de grond los. Bij grote schommelingen van droogte en vochtigheid kunnen de wortels scheuren. Zorg daarom voor gelijkmatig vochtige grond en bedek deze met afdekmateriaal.

Peen Eigenschappen

     
    Oogstperiode:Juni, Juli, Augustus, September, Oktober
    Bijzonderheden:Gemakelijk te verzorgen, Eetbare delen
    Standplaats:Zon, Halfschaduw
    Grond:Los, Doorlatend
    Hoogte tot:20 cm
    Latijns/wetenschappelijke naam:Daucus carota


Korte ronde wortels rassen:

  • Kundulus: Roodoranje kleur; platronde, aromatische wortels; ook geschikt voor de najaarsteelt; zeer vroege oogst.
  • Parijse Markt: Intens oranje kleur; platronde wortels; voor volle grond en kas; geschikt om in te maken; vroege oogst.
  • Pariska: Zeer smakelijke, ronde, oranjerode wortels; geschikt om in te maken; vroege oogst.

Lange wortels rassen:

  • Amsterdamse bak: Fijne peen voor de kas en de volle grond; cilindrische, door en door oranje wortels; vroege oogst.
  • Ampri: Fijne peen voor de kas en de volle grond; lange, slanke wortels met stompe punten; vroege oogst.
  • Delphi: Gladde peen met afgestompte wortels; kan vrij lang in de grond blijven staan; middelvroege oogst.
  • Forto: Goed kiemvermogen; zoete peen met diep oranje wortels; ook geschikt voor drogere grond; middelvroege oogst. 
  • Juwarood: Peen met een zeer hoog gehalte aan caroteen; licht stompe, oranjerode wortels; late oogst.
  • Lange Stompe Winter: Zeer goed kiemvermogen; stompe, cilindrische peen; lange bewaartijd mogelijk; late oogst.
  • Mokum: Zeer geschikt voor de teelt onder folie; slanke, gelijkmatig oranje gekleurde wortels; vroege oogst.
  • Montana: Zeer snel groeiende peen; geschikt om in te maken; gelijkmatig oranje wortels; vroege oogst.
  • Nantes: Zeer goed kiemvermogen; zoete, malse peen; stomp cilindrische, oranjerode, gladde wortels; middelvroege oogst.

Tip: Peenzaad kiemt laat. U kunt de rijen peentjes eerder herkennen als u door het zaad snelkiemend radijszaad mengt.



Onderhoud het jaar rond

Voorjaar Zomer Najaar
Zaai zodra de grond na de winter weer bewerkt kan worden.Voor een doorlopende oogst zaait u om de zeven tot tien dagen totdat het daarvoor te heet wordt. Als het zaad is opgekomen, verwijdert u elke tweede zaailing. Voor een optimale groei dunt u de planten na enkele weken nog een keer uit, en wel op een onderlinge afstand van 3-4 cm. Trek of graaf telkens de grootste penen uit. Bedek late rassen met stro of ander afdekmateriaal, zodat u zo lang mogelijk kunt oogsten. Zie zomer.
Tips bij het kopen Tips van de prof Licht en grond Problemen
Koop gepileerd zaad of zaailinten. Dit vergemakkelijkt het zaaien van het zeer fijne zaad. Koop nooit zaad van lange rassen voor stenige grond. Korte of bolvormige rassen gedijen er veel beter. Gebruik geen oud zaad. Late rassen kunnen tot vier maanden met zand bedekt op een koele, donkere, vochtige plaats worden bewaard. Te ver boven de grond groeiende penen krijgen gemakkelijk groene koppen. Licht aanaarden helpt. Zon tot halfschaduw. Op een standplaats in de volle zon worden de penen groot en aromatisch. Doorlatende, losse grond. Lange rassen vormen alleen in grond zonder stenen rechte wortels. De maden van de wortelvlieg vreten zwarte gangen in de penen die dan veelal oneetbaar worden. Op een open standplaats waar de wind vrij spel heeft, komen vaak minder aantastingen voor. Ook fijnmazige netten kunnen bescherming bieden.